Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
kippenneuker - (pietluttig persoon)Thematische woordenboeken
M. De Coster (2007), Groot scheldwoordenboek: van apenkont tot zweefteef, Antwerpenkippenneuker: (vnl. jeugdtaal) afschuwelijk of pietluttig persoon; soms ook een erg dom iemand. Letterlijk: iemand die sodomie pleegt met een kip (in die betekenis bijvoorbeeld terug te vinden bij Hans Hoenjet, De wraakengel, 1989). Sedert de tweede helft van de twintigste eeuw. Verder nog gebruikt als schimpnaam voor een inwoner van Barneveld (zie Laps). In het Amerikaanse slang bestaat een gelijkaardig invectief: pigfucker, terwijl in het Duits Hühnerficker niet ongewoon is. Eén van de vele Belgenmopjes is deze: ‘hoe noemt een Belg een haan?’ Antwoord: ‘een kippenneuker’. In soldatenslang is een kippenneuker een militair van het Regiment Infanterie Van Heutsz. De bewakingstroepen uit dit regiment droegen vroeger een haan in hun baretembleem. Soldaten gebruiken enkel de meervoudsvorm. Joop van den Ende had onder zijn televisiemedewerkers de bijnaam de kippenneuker van Aalsmeer (bron: HP/De Tijd, 22/10/1993). Hallo kippeneuker! (Arie B. Hiddema, Kassa, 1971) Het lot valt op Bertus! Die kippenneuker. (Ben Borgart, Blauwe nachten, 1978) Dateringen of neologismen
M. De Coster (1999), Woordenboek van Neologismen: 25 jaar taalaanwinsten, Amsterdamkippenneuker, vnl. in jeugdslang als scheldwoord voor een pietluttig persoon; ook voor een erg dom iemand. In het Amerikaanse slang bestaat een gelijkaardig invectief: pigfucker. Suppoosten zijn minder betrouwbaar, banger en dommer dan de gemiddelde nationale kippenneuker maar totaal debiel zijn ze niet. (Paul Van Mook: Bajesverhalen, 1980) Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |