Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
ketchup - (pikante saus)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamketjap zn. ‘saus van sojabonen’ P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenketchup [pikante saus] {1926-1950} < engels ketch-up < chinees kōe tsiap (op Amoy), van kōe [fijn gehakte vis] + tsiap [saus] (vgl. ketjap). Thematische woordenboeken
N. van der Sijs (2005), Groot Leenwoordenboekketchup (Engels ketchup)
L. Koenen, R. Smits (1992), Peptalk, De Engelse woordenschat van het Nederlandsketchup [ketsjup] kruidige saus, die gemaakt behoort te zijn van gekookte vruchten, groenten en specerijen, ongeveer zoals een chutney, met dien verstande dat ketchup gepureerd is. Basisingrediënten zijn tomaten, walnoten, uien, azijn, paprika, suiker en eventueel sojasaus. Oorspr. komt de naam vermoedelijk van het Chinese ‘kôe-chiap’, waarmee het vocht van ingelegde vis wordt aangeduid, dat als saus wordt gebruikt. Dateringen of neologismen
F. Bakker, E. van Ruijsendaal, P. Uljé, D. van Zijderveld, Vindpunt.nl – elektronisch doorzoekbare Woordenlijst Overbodig Engels met Nederlandse tegenhangers, uitgebreide en verbeterde voortzetting van de boekuitgaven Funshoppen in het Nederlands (2009) en Op-en-Top Nederlands (2015)ketchup zn. Ontleend aan het Engels. Nicoline van der Sijs (2015-heden), Jaarwoordenzoeker ‘Een woord uit elk jaar 1800-heden’, zie ook bij Onze Taalasjemenou [uitdrukking] (1950). De zevende druk van het Van Dale Groot woordenboek verschijnt in 1950 onder redactie van C. Kruyskamp (1911-1990) en F. de Tollenaere (1912-2009). Ze zijn de eersten die in een woordenboek het woord asjemenou opnemen, een elliptische uitdrukking van als je me nou … die moet worden aangevuld met bijvoorbeeld belazert. Andere voorbeelden van woorden die voor het eerst worden opgenomen zijn: chips (‘gebakken aardappelschijfjes’), cracker, del, kaasschaaf, ketchup, kiplekker, knoeipot, matten (‘vechten’), paperclip, piemelnaakt, pineut, pitten (‘slapen’), snipverkouden en tent (‘horecagelegenheid’). N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamketchup pikante saus 1950 [GVD] <Engels Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |