Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
virus - (ziekteverwekker; schadelijk computerprogramma)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamvirus zn. ‘ziekteverwekker; schadelijk computerprogramma’ P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenvirus [ziekteverwekker] {1663} < latijn virus [slijm, vergif, het vuile]. Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands
G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenboschvirus s.nw. Thematische woordenboeken
N. van der Sijs (2005), Groot Leenwoordenboekvirus ‘schadelijk computerprogramma’ (Engels virus); ‘ziekteverwekker’ (Latijn virus)
P.G.J. van Sterkenburg (2001), Vloeken. Een cultuurbepaalde reactie op woede, irritatie en frustratie, 2e druk, Den Haagvirus. Krijg het (vuistdikke) pleuritiskoleritisvirus! is een verwensing die alleen in Den Haag is aangetroffen. Vgl. Bral e.a. (1998). Een virus krijgen wil letterlijk zeggen ‘opgezadeld worden met een ziekteverwekker’. De emotionele betekenis van de verwensing duidt op walging, minachting e.d. en kan weergegeven worden met ‘donder op, ik wil niets meer met je te maken hebben’. Het eerste lid van de samenstelling, pleuritis ‘een ontsteking van het borstvlies’, en het tweede, een nonsensicale analogievoming waarin cholera een hoofdrol speelt, versterken de verwensing. Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015virus ‘ziekteverwekker’ -> Indonesisch firus, virus ‘ziekteverwekker’; Papiaments vírùs ‘ziekteverwekker’. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamvirus ziekteverwekker 1663 [WNT] <Latijn virus schadelijk computerprogramma dat ongewild wordt gekopieerd 1989 [De Coster 1999] <Engels M. De Coster (1999), Woordenboek van Neologismen: 25 jaar taalaanwinsten, Amsterdamvirus, voor de definitie zie computervirus*. Het Datacrime-virus, dat via illegaal gekopieerde programma’s tot computersystemen kan zijn doorgedrongen, is in staat complete bestanden te wissen. Er zijn verscheidene soorten ‘virussen’ in omloop, waaronder het PLO- of vrijdag de dertiende-virus. (NRC Handelsblad, 13/10/89) Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |