Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
variabiliteit - (veranderlijkheid)Etymologische (standaard)werken
P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenvariabiliteit [veranderlijkheid] {1824} < frans variabilité < middeleeuws latijn variabilitatem, 4e nv. van variabilitas [idem], van variabilis [veranderlijk], van varius [bont, afwisselend] + -(b)ilis [-baar] (vgl. variabel). Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015variabiliteit ‘veranderlijkheid’ -> Indonesisch variabilitas ‘veranderlijkheid’. Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |