Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
sekt - (schuimende wijnsoort)Etymologische (standaard)werken
P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpensekt [wijnsoort] {1847} < hoogduits Sekt < frans (vin) sec [(droge) wijn] (vgl. secco), oorspr. van druiven die aan de wijnstok zijn gedroogd, dan gebruikt voor zoete zuidwijnen. Aanvankelijk werd in het Duits gespeld Seck, vgl. engels sack; de t is een oneig. toevoeging. Eerst in de 19e eeuw kreeg Sekt de betekenis ‘mousserende wijn’ in navolging van een Berlijnse toneelspeler Devrient, die champagne placht te bestellen als ein Glas Sekt, daarmee Fallstaff volgend in Shakespeares Hendrik IV. In het Engels had sack namelijk ook de betekenis van ‘mousserende wijn’ gekregen. Al eerder had het nl. het woord geleend, waarschijnlijk uit het fr., als sek {1629} vgl. sareetsche, secke [sherry, wijn uit Jerez] {1598} (vgl. sherry). Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamsekt schuimende wijnsoort 1847 [KKU] <Duits Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |