Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
pik - (het pikken, prik; penis)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdampik 1 zn. ‘mannelijk geslachtsorgaan’ J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leidenpik 1 znw. m. ‘stoot, prik’, afgeleid van pikken. J. Vercoullie (1925), Beknopt etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal, Den Haag / Gentpik 3 m. (het pikken), verbaalabstr. van pikken: z.d.w. Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands
G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenbosch2pik s.nw. Thematische woordenboeken
P.G.J. van Sterkenburg (2001), Vloeken. Een cultuurbepaalde reactie op woede, irritatie en frustratie, 2e druk, Den Haagpik. In Vlaanderen vond ik zuig een puntje aan mijn pik! Overal in het taalgebied komt de elliptische verwensing (krijg) een dikke pik! voor. In de Amerikaanse film G.I. Jane van Ridley Scott wordt de verwensing suck my dick! in de Nederlandse ondertiteling vertaald met lik mijn pik! Al deze verwensingen betekenen ‘ik ben woedend, walg van je, donder op’. Ook onder Leidse scholieren blijkt lik mijn pik! niet ongebruikelijk. Voor de verwensing krijg wat aan je pik! zie men onder het trefwoord wat. Pik wordt in samenstellingen gebruikt om een vloek te versterken, zoals in krijg de piktyfus! In het verwensingsversje Wat je zegt, ben je zelf enz. komt een enkele keer de elliptische antwoordverwensing voor (val) met je pik door de helft! Hetzelfde geldt voor (val) met je pik in de muur! Beide drukken minachting, haat, wrevel enz. uit en zijn geheel losgezongen van hun eigenlijke betekenis. → elf, helft, koffiemelk, lepel, pukkel, tiet, touw, verf, zuigen. Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015pik ‘penis’ -> Sranantongo pike ‘penis’. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdampik* penis 1900 [WNT] Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |