Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
ordi - (platvloers)Thematische woordenboeken
M. De Coster (2007), Groot scheldwoordenboek: van apenkont tot zweefteef, Antwerpenordi(e): (jeugdtaal) ordinair persoon. Ook gebruikt als bijvoeglijk naamwoord. Sedert midden jaren tachtig. Niet alleen ‘ordi’s’, ook nette koppen rijden in terreinwagens. (Elsevier, 21/03/1998) Dateringen of neologismen
M. De Coster (1999), Woordenboek van Neologismen: 25 jaar taalaanwinsten, Amsterdamordi(e), informele jeugdtaal voor ‘ordinair’. Sinds de tweede helft van de jaren tachtig populair geworden. C.J. Le Duc, zaakvoerder van het exquise etablissement Aquarius in de hoofdstedelijke Spuistraat, herinnert zich nog hoe het allemaal begon. ‘Vroeger in de Regulierbree was het SPA ROOD, PERRIER en VICTORIA en dan had je het wel zo’n beetje gehad. Behoorlijk ordi.’ (Vrij Nederland, 20/12/86) Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |