Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
ongekend - (niet gekend)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamkennen ww. ‘ergens mee bekend zijn, weten hoe iets is’ Thematische woordenboeken
W. de Vreese (1899), Gallicismen in het Zuidnederlandsch, Gentongekend. - Aangezien gekend in plaats van bekend in Zuid-Nederland zoo gewoon is (zie boven), is het niet vreemd dat men vaak ongekend leest, waar ons taaleigen onbekend vereischt: aan beide Nederlandsche woorden beantwoordt het ééne fr. inconnu. Ongekend wordt thans alleen gebruikt in den zin van zoodanig als tot dusverre niet voorkwam, altijd met betrekking tot een graad, eene mate die tot dusverre niet was bereikt, b.v. ongekende kracht, ongekende hevigheid enz. (zie het Wdb. d. Ndl. Taal 11, 1599). || Minstens 2500 ongekende verzen, DE PAUW in Versl. Vl. Ac. 1888, 333. Een jong en ongekend schrijver, ROOSES, Derde Schetsenb. 296. Vele ongekende feiten, SABBE, Vl. Schilderk. XV. De grenspalen van het ongekende, 1. Des meesters ongekende navolgers, 259. De geest van liefde, verzoening en orde, die vroeger op de Oosterhoeve ongekend was, heerschte er nu volkomen, SEGERS, Gelukkig 35. Er is hier beter werk te verrichten dan opzoekingen te doen in bijna ongekende nieuwsblaadjes, WATTEZ in Het Belfort 1895, I, 91. Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |