Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
nopens - (met betrekking tot, aangaande)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, AmsterdamP.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpennopens* [betreffende] {nopends 1500} met het bijwoorden vormende achtervoegsel s gevormd van nopende [betreffende], van nopen. J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leidennopens voorz. uit het sedert 1500 over-Í geleverde nopends, met bijw. s gevormd van het deelw. mnl. nopende van het ww. nopen. N. van Wijk (1936 [1912]), Franck's Etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal, 2e druk, Den Haagnopens voorz., anno 1500 reeds nopends. Met bijwoordelijke -s van laat-mnl. nopende, deelw. van nopen. Voor de functie van voorz. vgl. aangaande, betreffende, fr. touchant enz. J. Vercoullie (1925), Beknopt etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal, Den Haag / Gentnopens bijw., uit nopends, teg.deelw. van nopen met adv. s: z. doorgaans. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamnopens* voorzetsel 1500 [MNW] Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |