Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
exemplaar - (afzonderlijk stuk van iets)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamexemplaar zn. ‘afzonderlijk stuk van iets’ P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenexemplaar [stuk] {exemplaer [voorbeeld] 1350} < frans exemplaire < latijn exemplarium, exemplar (2e nv. exemplaris) [voorbeeld, toonbeeld, afschrift, kopie], van exemplum (vgl. exempel). Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015exemplaar ‘stuk’ -> Indonesisch éksémplar ‘kopie van een boek, tijdschrift’. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamexemplaar stuk 1641 [WNT] <Frans Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |