Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
criminaliteit - (misdadigheid)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, 4 delen, Amsterdamcrimineel bn., zn. ‘misdadig, betreffende de misdaad; misdadiger’ EWN: crimineel bn., zn. 'misdadig, betreffende de misdaad; misdadiger' (1460-80) P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpencriminaliteit [misdadigheid] {1865} < frans criminalité < middeleeuws latijn criminalitatem, 4e nv. van criminalitas, van latijn criminalis, van crimen (vgl. crimineel). Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015criminaliteit ‘misdadigheid’ -> Indonesisch kriminalitas, kriminalitét ‘misdadigheid’. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamcriminaliteit misdadigheid 1865 [KVW] <Frans Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |