Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
carrousel - (draaimolen)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamcarrousel zn. ‘draaimolen’ EWN: carrousel zn. 'draaimolen' (1671) P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpencarrousel [draaimolen] {1671 in de betekenis ‘ruiterfeest waarbij in een besloten ruimte vaardigheidsproeven worden afgelegd’} < frans carrousel < italiaans carosello [feestelijk ridderspel, het ringrijden, mallemolen]. J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leidencarroussel znw. m. o. ‘ruiterfeest; draaimolen met houten paarden’ < fra. carrousel ‘ringsteken te paard’ < ital. carosello of garosello ‘ringsteken’. Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands
F. Debrabandere (2007), Zeeuws etymologisch woordenboek: de herkomst van de Zeeuwse woorden, Amsterdamkuresèl zn. m.: draaimolen. Dial. uitspraak van Fr. carrousel. G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenboschcarrousel s.nw. J. van Donselaar (1989), Woordenboek van het Surinaams-Nederlands, Muiderbergcarrousel’ (de, -s), (uitspr. F: karroesel’), draaimolen met (o.m.) houten paardjes, ook van zeer eenvoudige vorm en aangedreven met mankracht. En dan mag het Surinaamse vreeswiel* en de Surinaamse caroesel met de hand gestoten* worden in plaats van met electriciteit, maar dan leren de kinderen de eigen omstandigheden kennen (WS 20-11-1982). - Etym.: F. In Ned. wordt het woord tegenwoordig alleen gebr. voor de heel grote en luxueuze draaimolen, voor zover die nog bestaat, die voluit ‘stoomcarrousel’ heet. - Syn. boengoeboengoecarrousel*. Uitleenwoordenboeken
N. van der Sijs (2010), Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag; met aanvullingen uit Uitleenwoordenbank 2015carrousel ‘draaimolen’ -> Indonesisch karosél ‘draaimolen’; Soendanees karosel ‘draaimolen’; Sranantongo karusèl ‘draaimolen’; Surinaams-Javaans krosèl ‘draaimolen’ Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamcarrousel draaimolen 1824 [WEI] <Frans Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |