Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
besmeuren - (bevuilen)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdambesmeuren ww. ‘bevuilen’ P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenbesmeuren* [besmetten] {1401-1500} heeft een dial., vooral hollands/utrechtse geronde vocaal naast besmeren (vgl. smeer). J. de Vries (1971), Nederlands Etymologisch Woordenboek, Leidenbesmeuren ww. naast besmeren heeft evenals leunen en reus een gewestelijke (vooral hollandse) ronding van de e door o-umlaut. Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdambesmeuren* vuilmaken 1401-1500 [MNW] Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |