Meehelpen? Ga naar etymologieWiki
![]()
|
amusement - (vermaak)Etymologische (standaard)werken
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdamamuseren ww. ‘aangenaam bezighouden’ EWN: ♦ amusant bn. ‘vermakelijk’ (1824) P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpenamusement [vermaak] {1721} < frans amusement, van amuser (vgl. amuseren). Dialectwoordenboeken en woordenboeken van variëteiten van het Nederlands
F. Aarts (2017), Etymologisch Dictionairke vaan ’t Mestreechs, Maastrichtammusemint (zn.) vermaak; Nuinederlands amusement <1721> < Frans amusement. Thematische woordenboeken
Nicoline van der Sijs (2005), Groot Leenwoordenboekamusement (Frans amusement)
Dateringen of neologismen
N. van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek: de ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, Amsterdamamusement vermaak 1721 [WNT] <Frans Overige werken
Woordenboek der Nederlandsche taal (WNT) & Middelnederlandsch woordenboek (MNW) & Vroegmiddelnederlands woordenboek (VMNW) & Oudnederlands woordenboek (ONW) – alle onderdeel van de Geïntegreerde Taalbank (GTB)Zoek dit woord op in het WNT, MNW, VMNW, ONW. |